Relativering als medicijn

Wim Groot Koerkamp

Als boerenzoon voelt vakantie nog steeds een beetje als spijbelen. En dan te bedenken dat ik al ruim 36 jaar geleden de staldeur van mijn ouderlijk bedrijf achter me dichttrok. In mijn klapstoel met uitzicht op indrukwekkende bergen in Oostenrijk zie ik ook hier boeren die dag in dag uit in de weer zijn met het produceren van voedsel. Onwillekeurig voel ik me dan schuldig en denk ik terug aan de dwingende blik van mijn vader: ‘Moet je ook niet iets nuttigs doen?’

Als een boer met een gloednieuwe giertank passeert om naast de camping bovengronds mest uit te rijden – ja, dat mag hier gewoon in Oostenrijk – steek ik mijn duim omhoog als blijk van waardering. De boer kijkt me meewarig aan. Hij vertrouwt het niet, zoveel is duidelijk. Een toerist die het uitrijden van ‘stinkende’ mest toejuicht? Dat komt niet echt logisch over.  

Zo zijn we allemaal gevangen in onze frames en gedachtenkronkels. Een vakantie is in dat verband absoluut heilzaam. Temidden van bergmassieven besef je de nietigheid van de mens en realiseer je je dat je feitelijk niet zoveel nodig hebt om te leven. Vakantie is een synoniem voor relativeren.

‘Negativiteit is de drijvende kracht achter online nieuwsconsumptie.’

Een gezonde portie relativering is eveneens het medicijn voor het gehaaste Nederland, waar – afgaand op de publieke media – verontrustende ontwikkelingen en berichten zich als in een snelkookpan in een moordend tempo opvolgen.

Met de opkomst van internet is het verdienmodel van de media sterk veranderd. Uitgevers moeten niet alleen vechten voor abonnees, maar ook voor clicks. Het wetenschappelijke tijdschrift Nature Human Behaviour deed onderzoek naar het effect van de media onder de kop ‘Negativiteit is de drijvende kracht achter online nieuwsconsumptie.’

Onderzoekers bestudeerden 105.000 koppen, met 5,7 miljoen kliks en meer dan 370 miljoen weergaven van nieuwssite Upworthy.com. Negatieve woorden verhogen de doorklikratio van een artikel met meer dan 2 procent. Positieve woorden verminderen juist de kans dat erop wordt geklikt. Ellende verkoopt dus. Volgens de onderzoekers is dit te verklaren omdat ons brein gevaar zwaarder weegt dan positieve informatie om ons te beschermen tegen onheil.

De extra aandacht voor negativiteit wordt versterkt door algoritmes, die gericht zijn op het maximaliseren van betrokkenheid. Hoe vaker je op alarmerende koppen klikt, hoe meer sombere stukken je te zien krijgt. Zo verandert een gezond beschermingsmechanisme in overdreven angst en somberheid. Jongeren tussen 18 en 34 jaar zijn hiervoor extra gevoelig; zij kiezen steeds meer voor sociale media als belangrijkste nieuwsbron.

Angst wordt hiermee een slechte raadgever en dwingt uitgevers en online platforms kritisch te kijken naar hun bijdrage aan deze perverse prikkels.

‘Een wake-up call voor uitgevers om de algoritmes aan te passen en meer ruimte te bieden aan positief nieuws.’

Volgens recent onderzoek van het Commissariaat van de Media neemt het vertrouwen in de media af. Een wake-up call om de algoritmes aan te passen en meer ruimte te bieden aan positief nieuws. Simpelweg door de smartphone aan de kant te leggen en fysiek met elkaar aan tafel te gaan zonder elkaar de maat te nemen; onze trots te hervinden door voedselinnovaties aan elkaar te laten zien. Mijn wijlen vader zou zeggen: ‘Wordt het niet tijd iets nuttigs te doen?’

Wim Groot Koerkamp
Founder ReMarkAble communicatie, Co-Founder BoerBurgerBeweging, Founder Stichting AAN TAFEL!

Deel dit bericht: