
Niet eerder kende de Nederlandse politiek een kabinet waarin voedselzekerheid en -veiligheid zo centraal stond. Spijtig genoeg was Kabinet Schoof 1 geen lang leven beschoren. Geert Wilders trok opnieuw de stekker uit een coalitie waarin zijn one-issuepartij deelnam. En dat terwijl de PVV met het Ministerie van Asiel en Migratie de touwtjes daadwerkelijk in handen had.
Wilders loopt opnieuw weg voor zijn verantwoordelijkheid en doet vervolgens huilie-huilie via zijn X-account. Onverstoorbaar gaat hij verder met het bespelen van de publieke opinie. Zijn tactiek is gebaseerd op het zaaien van angst en het aanjagen van weerzin tegen autoriteiten. Het gevolg: polarisatie en een onbestuurbaar land.
Een besmettelijk virus zo blijkt. In navolging van Wilders gaan meerdere politici over de schreef. De politiek verhard en dat heeft ontegenzeggelijk haar impact op het publieke debat en de samenleving, waarin tegenstellingen worden uitvergroot. Stad versus platteland. Natuur versus landbouw. Profeten versus tovenaars. Juristen versus techneuten. De elite versus het volk. Hoog opgeleid versus laag opgeleid.
Wat is de rol van de media? Hyperventilerend reageren ieder stuk rood vlees van Wilders op X?
Onlangs bezocht ik de algemene ledenvergadering van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) in Amsterdam. Tijdens de vergadering kwam de NVJ-code aan bod: 10 criteria waaraan een journalist dient te beantwoorden:
- Zoekt de waarheid op basis van feiten
- Is onafhankelijk
- Doet evenwichtig verslag
- Werkt transparant
- Beschermt bronnen
- Corrigeert fouten
- Maakt onderscheid tussen feiten en meningen
- Respecteert de privacy, tenzij er een publiek belang is
- Zet niet aan tot haat, discriminatie en racisme
- Maakt zich niet schuldig aan plagiaat, smaad en laster
Negatief nieuws levert views en clicks op
Helder is dat de code en de praktijk op gespannen voet met elkaar staan. Populistische standpunten scoren vanwege de onevenredige aandacht die eraan wordt gegeven in de media. Hiermee wordt punt 3 uit de code met voeten getreden. Negatief nieuws levert views en clicks op van pushers; personen die opereren op de flanken van de samenleving en oververtegenwoordigd zijn in de likes en comments. Statistieken die uitgevers vervolgens gebruiken om hun bereik te benadrukken bij adverteerders.
In de haast om te scoren in een 24/7 economie nemen journalisten het ook niet altijd even nauw met punten 1 en 7 uit de code: het zoeken naar de waarheid op basis van feiten en het onderscheid tussen feiten en meningen. De gebrekkige kennis en vooringenomen houding van journalisten over het huidige voedselsysteem dragen niet bij aan een onafhankelijk imago.
Geen wonder dat het stille midden, het merendeel van de Nederlandse samenleving, zich afkeert van de gevestigde media. Dit beeld beperkt zich niet louter tot de algemene media. Ook uitgevers van agrarische vakbladen kunnen er wat van. Vragen van journalisten zijn niet zelden doordrenkt van scepsis en verraden een politieke kleur. Met zulke vakmedia heb je als voedselmakers geen vijanden nodig en wordt ieder initiatief voor verandering op voorhand de kop ingedrukt.
Vooropgesteld: journalisten hoeven niet te applaudisseren voor politici en CEO’s, maar kunnen in ieder geval de moeite nemen notie te nemen van de positieve intenties. Kabinet Schoof 1 bood hiertoe een goede kans. Informele leiders in het stille midden bieden talloze inspirerende voorbeelden hoe we de dilemma’s op het gebied van landbouw, natuur, wonen, werken, energie en zorg kunnen vlottrekken. Veel oplossingen liggen vanuit gemeenschappelijk eigenaarschap, voor boer én burger, op het platteland.
Het zou mooi zijn als journalisten daar meer oog voor hebben. Immers: alles wat aandacht krijgt, groeit.
Auteur: Wim Groot Koerkamp